omroep flevoland

"Pioniers die uit Drenthe naar de polder kwamen, voelden zich ontheemd. De voeling met het oude land ontbrak." Reden om in 1976 in Dronten de Drentse vereniging Thriënte op te richten. Maar na bijna vijftig jaar valt het doek.

Uit heel Nederland kwamen pioniers in de jaren zestig naar Flevoland om een nieuw bestaan op te bouwen. Ook een grote groep Drentenaren kwam naar de polder en ze namen hun tradities en gebruiken mee. Inmiddels zijn veel van de oorspronkelijke Drentse pioniers uit Dronten te oud of overleden en daarom houdt de vereniging er mee op.

"We hebben steeds minder leden en de nazaten hebben niet meer de drang om zich te verenigen," zegt voorzitter van Thriënte Roelf Raterink. "We hadden op onze top vijfhonderd leden. Daar zijn er nu nog maar honderd van over en iedere maand hebben we wel een sterfgeval. Veel leden zijn namelijk boven de tachtig. Dat is de reden dat het niet meer gaat."

Drentse 'eigenaardigheid'
Maar waarom waren er überhaupt Drentse verenigingen nodig in Flevoland? Volgens Raterink is daar een simpel antwoord op: "Drenten hebben de eigenaardigheid om zich te verenigen."

Om toch een stukje Drenthe in de polder te hebben, organiseerden ze avonden met toneel, klaverjassen en werden er 'kniepertjes' gebakken. Ook werd er aan 'neutieschieten' gedaan, een oud-Hollands spel waarmee er met een loden bal op walnoten wordt geschoten.

'Neutieschieten'

'Kniepertjes' bakken

Ook denkt Raterink dat oud-leden elkaar nog steeds blijven opzoeken, al is het niet meer in verenigingsverband.