omroep flevoland

In Almere zijn vrijdagmiddag 25 Surinaamse Nederlanders naar een informatiebijeenkomst gekomen over verblijfsvergunningen. Tien daarvan hadden ooit een Nederlands paspoort toen ze in Suriname woonden, maar dat is na de onafhankelijkheid in 1975 verlopen.

Daarom zijn ze nu illegaal in Nederland en kunnen ze worden uitgezet. De enige mogelijkheid om hier legaal te blijven is het aanvragen van een verblijfsvergunning. Daarna kan onder voorwaarden een Nederlands paspoort worden aangevraagd. "Dat wil ik echt heel graag", zegt één van de aanwezigen. Hij werk af en toe illegaal, maar wil een gewone job en een rustig leven opbouwen.

Niet werken
In heel Nederland wonen naar schatting 800 Surinaamse oud-Nederlanders die nergens zijn gedocumenteerd. Ze zijn dus onder de Nederlandse vlag geboren, maar verloren in 1975 hun nationaliteit en daarmee veel rechten, omdat ze niet tijdig kozen voor een Nederlands of Surinaams paspoort. Praktisch gezien betekent dit dat ze al tientallen jaren geen burgerservicenummer hebben en dus niet mogen werken en bijvoorbeeld geen bankrekening kunnen openen.

De regels na de onafhankelijkheid waren volgens advocaten voor veel Surinamers niet duidelijk. Je kon kiezen voor de Surinaamse of Nederlandse nationaliteit en er was een overgangsregeling van vijf jaar. In de praktijk bleek dat een hele grote groep mensen gewoon helemaal niet wist dat het zo werkte.

Geen strafblad
De bijeenkomst in buurtcentrum De Ruimte in Almere was georganiseerd door de multiculturele stichting SMOA en het ASKV, een onafhankelijke organisatie die zich inzet voor ongedocumenteerden zonder verblijfsvergunning.

Er werd informatie gegeven over eenmalige verblijfsregeling van de overheid waarmee Surinaamse oud-Nederlanders die al langere tijd in Nederland verblijven een verblijfsvergunning krijgen. De aanvraag kan tussen 1 januari en 1 juli 2025 worden gedaan. De aanvrager moet dan wel de afgelopen tien jaar in Nederland hebben gewoond en geen strafblad hebben.

Ruime politieke steun
De toenmalige staatssecretaris Eric van der Burg van asiel volgde deze zomer de wens van de Tweede Kamer om de groep Surinamers alsnog een verblijfsvergunning te geven. Het gaat volgens hem om een 'eenmalige bijzondere humanitaire regeling' omdat de groep goed is af te bakenen en te onderscheiden van andere mensen zonder een verblijfsvergunning. Precedentwerking wordt zo voorkomen. De motie werd destijds met grote meerderheid aangenomen.